Het mooie weer en (hopen wij) het aantrekkelijke programma lokten velen op eerste pinksterdag naar het Landje van De Boer. 
Fransje ontfermde zich over de kinderen: ze vingen wormen en bestudeerden de beestjes in de sloot, ze zetten een speurtocht uit over het Landje en legden een mooie vuurplaats aan. 
Na de limonade-pauze (met superlekkere, zelfgemaakte rabarberlimonade die Herbert had meegenomen) ging het vuur aan en was het tijd voor onvervalst stokbrood: broodjes die aan een stok werden gebakken boven het vuurtje. De kinderen trotseerden hitte, rookwolken en vonken voor hun broodjes. Het bleek nog een hele kunst om te zorgen dat je puntje niet verbrandt! Als dan dat dampende broodje van zijn stokje was geschoven, hield je een mooi gaatje over waar je lekker boter in kon laten lopen die meteen smolt, dan nog een beetje bessenjam of suiker (of allebei) in het gaatje laten zakken en het resultaat was een echte tractatie! Het idee dat oermensen zo hun brood bakten, maakte het natuurlijk nog spannender. Al hadden die vermoedelijk geen boter en suiker bij hun broodje...
De grote mensen verspreidden zich over het Landje met elk een eigen Taak: graskanten knippen, de oeverkanten knippen (brandnetels en heermoes weg; klaprozen laten staan), bloemenbedden schoffelen, spitten en harken. Sjoerd ontpopte zich tot vaardig werkmeester bij het zetten van de zogeheten 'rollaag': een randje van rechtopstaande klinkers die de bloembedden omzomen. Die moeten waterpas staan, niet overhellen naar links of rechts, en ook niet naar binnen of buiten. En dan moet je nog een ronding aanbrengen met vierkante stenen... Een schier onmogelijke opdracht! De rest van zijn ploeg zorgde voor het graven van de geultjes en voor een gestage aanvoer van zand en klinkers. Halverwege de middag kwam Hans Stolvoort, de hovenier die de tuinaanleg aanstuurt, en hij zag dat het goed was!
Hans had ook nog een paar kratten met dahliabollen meegenomen en ook die konden de grond in. Ondertussen werden de paadjes in het gras gemaaid en gaten gegraven met de grondboor om wilgen in te planten. En rondzwervende tegels en klinkers werden afgevoerd. Voor de nazit had Pieter had een lekkere (en grote!) fles rosé meegenomen die de zomerse dag een heerlijke finishing touch gaf. Rozig en voldaan toog ieder huiswaarts.
